Is het JOUW of JOU in deze zin?

Het is 'jou'.
Jou zelf, jouw materiaal.

Toegevoegd na 45 seconden:
Het is door jou gemaakt.

'Jouw' gebruik je als het gaat om een bezit, het is jou omdat het niet om een bezit gaat.

in de bovengenoemde zin is het: dit geldt natuurlijk niet als al het materiaal door JOU zelf is gemaakt.
Jou is een persoonsvorm, geen bezittelijk voornaam woord in deze zin. Je kunt wel zeggen: JOUW materiaal is allemaal zelf gemaakt - dan is jouw dus wél het bezittelijk voornaam woord

Nee, het materiaal is door jou gemaakt, daarom is het jouw materiaal geworden, Jouw eigendom dus
De w zegt dat het een bezittelijk voornaamwoord is.
Het is mijn materiaal
het materiaal is van mij
het bezittelijk woord moet dus ook nog voor het zelfstandig naamwoord staan.
Ik krijg van jou jouw boterham

Dit geldt natuurlijk niet als al het materiaal door jou zelf is gemaakt

In deze zin kan je jou vervangen door je, zou zelfs beter zijn vind ik dan. (door jezelf is gemaakt) door gebruik te maken van jou leg je er meer nadruk op.

Jouw is een bezittelijk voornaamwoord, dan zou het zijn
'het is jouw materiaal"

Nu zegt jou niks over het materiaal maar over door wie het gemaakt is, dus het geeft geen bezit aan maar wijst iemand aan en daarom gebruik je geen jouw.

Toegevoegd na 3 uur:
nog een leuke bron over aan elkaar of los van je/me/mij/u.. etc + zelf

Zelf wordt meestal aan het persoonlijk voornaamwoord vast geschreven: ikzelf, mezelf, mijzelf, jijzelf, jezelf, jouzelf, uzelf, hijzelf, hemzelf, zijzelf, haarzelf, zichzelf, wijzelf, onszelf, julliezelf, henzelf, hunzelf en gijzelf.
De zin schrijf je dus zo correct:
Dit geldt natuurlijk niet als al het materiaal door jouzelf is gemaakt.

Het materiaal dat VAN jouw is, is DOOR jou gemaakt.

Het is hetzelfde als jezelf. Dan maak je er ook geen jewzelf van.

Nee, het woord ‘jou’ verwijst hier nog steeds naar de persoon.
Kijk maar hoe dat verandert in de volgende zin, waar het woord ‘jou’ gebruikt wordt verwijzend naar bezit:
"Dit geldt natuurlijk niet als al het materiaal door jouw vrouw is gemaakt".
Hier is het woord ‘jouw’ op z’n plaats.

Een gemakkelijk ezelsbruggetje is door e.e.a. in de u-vorm te plaatsen; is het u, dan wordt het ook jou; en is het uw dan wordt het ook jouw.
Zo heb ik het me aangeleerd in geval van twijfel.
Succes

jouw is bezit. Jou is jezelf. Wie heeft het gemaakt? jij het materiaal is door jezelf gemaakt. Maar dat zegt nog niet dat het jouw materiaal is. Misschien heb je wel iets met spullen van je baas gemaakt. Kijk naar het onderwerp in de zin en stel daarover een vraag net zoals ik heb gedaan dan kan je zie of het jouw of jou moet zijn. Succes

Jouw is een bezittelijk voornaamwoord, net als mijn,zijn, uw, ons,hun, haar, jullie

Bezittelijke voornaamwoorden geven aan;
- van wie iets is,
- staan ALTIJD voor het bezit waar ze bij horen (mijn paard
zijn auto, jullie huis).

Let op; staat het voornaamwoord áchter het bezit en staat
het woord 'VAN' ervoor, dan is het een persoolijk voornaamwoord; dat paard van mij, die auto van hem.
Het kan zijn dat er staat; het is van jouw vader, maar ondanks het woord van is het toch bezittelijk, dus met -w-
Hier staat het dus voor het bezit waar het bij hoort, want het is jouw vader.
In feite geldt dat hier ook. Er staat niet jouw materiaal, het staat dus niet voor het bezit waar het bij hoort en er staat ook niet dat het van jouw is, er staat niet het materiaal van jou maar door jou en 'door' is niet 'van' dus niet bezittelijk.