Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Het beste antwoord

Wat oa bepalend is voor de elektronegativiteit is het aantal protonen in de kern.
Hoe meer protonen in de kern hoe sterker de kracht (zie 1).

Dat elementen met meer schillen (hogere periode) minder elektronegativiteit heeft kan hieraan liggen dat elektronen die verder van de kern verwijderd zijn worden minder aangetrokken door de kern en kunnen dus makkelijker door een ander atoom worden 'weggetrokken'. (zie 2).

Van belang is tevens nog dat elektronen in verschillende banen ('schillen') rond de kern voorkomen , en sommige banen schermen de kern beter af dan andere banen. Als een atoom dus veel elektronen in een minder goed afschermende baan heeft dan zal de aantrekkingskracht van de kern toch merkbaar zijn voor een ander atoom.

1-)Algemeen zijn in het periodiek systeem enkele trends te zien in de elektronegativiteit van de elementen. Van links naar rechts in een periode stijgt de elektronegativiteit. Dit komt omdat de elementen rechts meer protonen bezitten, zodat de kern een grotere aantrekkingskracht op de elektronenschillen heeft. De elektronenschillen liggen daarom dichter bij de kern en de atoomstraal is kleiner. Als de schillen dichter bij de kern liggen, waar de aantrekkingskracht van de protonen groter is, worden "vreemde" elektronen makkelijker ingevangen.

2-)Van boven naar beneden in dezelfde groep daalt de elektronegativiteit. Over het algemeen stijgt de elektronegativiteit diagonaal van linksonder naar rechtsboven in het periodiek systeem. Linksonder zijn de metalen te vinden, elementen met een relatief lage elektronegativiteit. Rechtsboven bevinden zich de metalloïden en niet-metalen, die juist een relatief hoge elektronegativiteit hebben.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Elektronegativiteit
http://www.wetenschapsforum.nl/index.php/topic/9243-hoe-komt-een-atoom-aan-zijn-elektronegativiteit/
(Lees meer...)
erotisi
8 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
8 jaar geleden
Als je elementen de elementen bekijkt in de volgorde van hun nummers bekijkt, groeit het aantal protonen. Maar wordt de aantrekkingskracht van het groeiende aantal protonen niet gecompenseerd door de aantrekkingskracht van het groeiende aantal elektronen?
Verwijderde gebruiker
8 jaar geleden
Ik bedoel dat de protonen dan omdat de totale lading van het deeltje 0 blijft uiteindelijk toch niet sterker of minder sterk elektronen van andere atomen aantrekken?
erotisi
8 jaar geleden
Goeie vraag, maar ik vermoed dat door de grotere aantallen protonen de schillen dichter op elkaar komen te liggen en dat daardoor de afstand tot de kern iets korter wordt.
Thecis
8 jaar geleden
Elektronnegativiteit hangt inderdaad samen met de hoeveelheid elektronen in de buitenste schil. Dit is niet automatisch gelijk aan de hoeveelheid protonen. In die zin moet ik een min voor het antwoord geven. @pi ofwel @314159265358
Op de vraag of de aantrekkingskracht groeit door de grotere kernen, ishet antwoord eigenlijk ja. Buiten het atoom merk je er netto niets van omdat de elektronen de lading inderdaad compenseren. Echter, met de orbitalen merk je het wel.
Een extreem voorbeeld, de 1S baan van helium is aanzienlijk groter dan de 1S baan van Randon. Omdat de kern van Randon zoveel groter is, wordt er aan de binnenste elektronen relatief veel harder getrokken.
erotisi
8 jaar geleden
Inderdaad is het aantal protonen op zich niet voldoende bepalend, maar zoals gezegd onder 2 is er wel een trend te zien van links naar rechts in een periode.
Evenwel lijkt me dat de elektronegativiteit ook niet automatisch samenvalt met de hoeveelheid electronen in de buitenste schil, immers er zijn daarop toch redelijk wat uitzonderingen maar ook daarin is zeker een trend te zien.
Thecis
8 jaar geleden
@erotisi
Dan kan je ook deze uitspraak doen: "Het gewicht van het atoom hangt af van de hoeveelheid elektronen die een atoom heeft". Want de trend is zeker te zien...
Deze uitspraak klopt natuurlijk niet. Al wat het maar omdat elektronen nagenoeg geen massa hebben. Maar helemaal verkeerd is de uitspraak ook niet, want elektronen voegen wel degelijk massa toe. het aantal protonen speelt wel mee, namelijk dat als er veel protonen zijn, de aantrekkingskracht in de binnenste schillen het grootst is. De schillen daaromheen zitten dichter op de kern waardoor het invangen van nieuwe elektronen gemakkelijker is (aantrekkingskracht is groter). Echter geef je ook aan dat het niet kan liggen aan de hoeveelheid elektronen in de buitenste schil omdat er redelijk wat uitzonderingen zijn. Maar dat er zeker een trend te zien is.
Het vullen van de buitenste orbitalen gaat naar aanleiding van de schil met de laagste energie toestand. Voor de eerste schillen is dit heel gemakkelijk. Eerst 1s, dan 2s, 2p, 3s, etc. Maar al snel gaat het niet helemaal meer op, kijk maar verder op https://en.wikibooks.org/wiki/General_Chemistry/Filling_Electron_Shells Soms wordt de buitenste schil al eerder opgevuld dan de een-na-laatste schil is opgevuld. Dan blijven er in de buitenste schil evenveel elektronen zitten, maar neemt de kern in grootte toe. Daardoor wordt het atoom reactiever (dus grotere elektronnegativiteit). Die uitzonderingen zijn er gewoon best veel. En zoals met veel dingen is het niet 1 ding wat het veroozaakt.
Verwijderde gebruiker
8 jaar geleden
heel erg bedankt @Thecis en @erotisi

Andere antwoorden (1)

Van het aantal elektronen in DE BUITENSTE schil van het atoom.

De buitenste schil van het atoom wil voldoen aan de octetregel; hij wil altijd acht elektronen in de schil hebben. Als er zeven elektronen inzitten, heeft hij er dus een te weinig, is de elektronegativiteit dus -1. als er tien elektronen inzitten, heeft hij er dus twee te veel, is de elektronegativiteit dus +2.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
8 jaar geleden

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 2500
Gekozen afbeelding